Over CDHO en CMMBO

HBO en WO-instellingen

Zodra een hogeschool of universiteit een nieuwe opleiding wil starten moet hiervoor allereerst een aanvraag macrodoelmatigheid worden ingediend bij de Commissie Doelmatigheid Hoger Onderwijs (CDHO). De opleiding beantwoordt aan een arbeidsmarktbehoefte, en/of maatschappelijke behoefte, en/of een wetenschappelijke behoefte. De aanvraag omvat een gedetailleerde beschrijving en onderbouwing van de behoefte waaraan de opleiding tegemoet komt en kijkt tevens of er binnen het landelijk bestaande aanbod ruimte is voor deze opleiding en of er niet reeds opleidingen zijn die (voldoende) in deze behoefte kunnen voorzien."

fotografie emma dau

MBO-instellingen

De Wet macrodoelmatigheid in het beroepsonderwijs regelt o.a. de zorgplicht doelmatigheid die mbo-instellingen hebben. Deze ‘plicht’ heeft als doel de optimalisering van de doelmatigheid van het opleidingenaanbod en verwijst naar de verantwoordelijkheid van instellingen om te streven naar een zo doelmatig mogelijk aanbod.

Gezien het relatieve karakter van doelmatigheid en de complexiteit van het begrip, kunnen aan dat streven geen algemeen geldende indicatoren of grensgetallen worden verbonden (zoals genoemd in de onderzoeksvragen). Bij de zorgplicht als verantwoordelijkheid om naar optimalisering te streven past geen handhavingskader, maar een stimuleringskader. Lees een interessant rapport (2014) van KBA Nijmegen over de inkadering van de zorgplicht doelmatigheid en het rapport (2019) Evaluatie van de Wet en Beleidsregel macrodoelmatigheid mbo van ResearchNed.

mika-korhonen-mKi1rfSQwVY-unsplash.jpg

Taak CDHO:

De Commissie Doelmatigheid Hoger Onderwijs (CDHO) is ingesteld per 1 juli 2009. Sindsdien adviseert zij de Minister van OCW over aanvragen macrodoelmatigheid. Op grond van de Beleidsregel Doelmatigheid Hoger Onderwijs adviseert de CDHO de Minister bij aanvragen toets macrodoelmatigheid van hogescholen en universiteiten inzake:

– Nieuwe opleidingen;
– Nieuwe vestigingsplaatsen;
– Verplaatsing van bestaande opleidingen;
– Fusietoetsen;
– Herordeningsoperaties.

Criteria voor instemming macrodoelmatigheid
De Minister stemt in met een voornemen tot het verzorgen van een nieuwe opleiding of het starten van een nevenvestiging, indien het instellingsbestuur heeft aangetoond:

a. dat er een behoefte bestaat aan de opleiding, zijnde een arbeidsmarktbehoefte, en of een maatschappelijke behoefte in combinatie met een arbeidsmarktbehoefte, of een wetenschappelijke behoefte in combinatie met een arbeidsmarktbehoefte; en

b. dat in de bij a. genoemde behoefte niet reeds door het bestaande opleidingenaanbod wordt voorzien.

2. Indien het voornemen past bij het profiel van de instelling, zoals beschreven in een erkend sectorplan, wordt aangenomen dat is voldaan aan b, uit het eerste lid, tenzij naar het oordeel van de Minister ruimschoots voldoende vergelijkbare opleidingen worden aangeboden om in de behoefte te voorzien.

3. De Minister stemt in met een voornemen tot een verplaatsing indien het instellingsbestuur heeft aangetoond dat er geen nadelige gevolgen zijn voor de spreiding van het landelijk onderwijsaanbod.

Fotogtafie maria bobrova

Taak CMMBO

Mbo-instellingen moeten hun opleidingsaanbod meer op elkaar en op de regionale arbeidsmarkt afstemmen. Er moet objectieve informatie worden gegeven aan aankomende studenten over de kansen op een baan en mbo-instellingen mogen alleen opleidingen aanbieden die perspectief bieden op het tijdig vinden van een baan. Het gaat dan om werk op het niveau van de opleiding.

Onderzoek en advies macrodoelmatigheid
CMMBO is ingesteld door de Minister van OCW en de staatssecretaris van EZ. Volgens het instellingsbesluit zijn de taken van de commissie als volgt geformuleerd:

Adviseren over onderlinge verschillen van inzicht in het arbeidsmarktperspectief en/of doelmatigheid van het aanbod van mbo-opleidingen. Dit op verzoek van mbo-instellingen, bedrijfsleven, gemeenten en andere belanghebbenden.

Onderzoeken van en adviseren over het arbeidsmarktperspectief en doelmatigheid van (delen van) het landelijk aanbod aan mbo-opleidingen. Dit op verzoek van de Minister van OCW.

Onderzoeken van signalen over het niet naleven van de zorgplichten arbeidsmarktperspectief en doelmatigheid door mbo-instellingen en adviseren van de Minister van OCW hierover. Dit op verzoek van de Minister van OCW. De CMMBO houdt geen toezicht op mbo-instellingen.

Alleenrecht kleine, unieke beroepsopleidingen
Tot slot adviseert de CMMBO de Minister over het alleenrecht voor kleinschalige en unieke beroepsopleidingen. Dit op verzoek van een instelling waar de opleiding dreigt te verdwijnen. Het alleenrecht regelt dat een instelling voor de duur van vijf jaar als enige het recht krijgt om een opleidizng te verzorgen, mogelijk in combinatie met een hogere prijsfactor. Het is de taak van de Commissie om te onderzoeken of er sprake is van een kleinschalige en unieke opleiding die voldoende arbeidsmarktrelevant is en of het toekennen van het alleenrecht bijdraagt aan het behoud van de opleiding. De Commissie brengt haar advies uit op basis van de Beleidsregel macrodoelmatigheid beroepsonderwijs

Download hier de wettekst en de memorie van toelichting.